Poëzie
Wat een geluk |
Winter 2007-2008. |
wanneer ik | Ik volgde een cursus gedichten schrijven |
al is het even maar | bij Chaja poëziegroep (Verwerkingskunst |
mij schoorvoetend mag begeven | rond kanker) o.l.v. Jan van de Boom. |
in dat verscholen reservoir | Tijdens elke bijeenkomst werden de |
waar woorden waaien | cursisten aan het schrijven gezet. |
tranen twinkelen | Als afronding kwam het verzoek om elk |
en de zon warmhartig schijnt | drie gedichten te schrijven voor de bundel: |
waar ik mag stromen | "Toen kwam het naar buiten". |
zijn mag | In deze periode groeide mijn belangstelling |
wie ik werkelijk schijn te zijn. | voor de poëzie en leek soms zelfs het |
doodeenvoudigste dagelijkse dingetje | |
te vragen in poëzie gevat te worden. | |
Een nieuwe bron werd geopend | |
die vervoering en vervulling bracht. | |
Spirituele en religieuze ervaringen | |
Chaja Poëziegroep | evenals het genot dat muziek en |
alle facetten van de muze teweeg brengt, | |
Communicatie | zijn o zo dierbaar en intiem. |
Toch wil deze poëzie | |
De Muze | binnenkomen bij een ieder |
|
die hier iets in herkent, ofwel |
Kunst in 't Hart | een nieuwe gedachte aanreiken. |
Daartoe wil ik deze gedachtespinsels en | |
Muziek | schrijverijtjes met u delen. |
Natuur | |
Spiritualiteit | |